VEELGESTELDE VRAGEN

De Meervoudige Strafkamer is belast met de berechting van meer ingewikkelde en zwaardere strafzaken. De meervoudige strafkamer bestaat uit drie rechters en de politierechter is één rechter.

Er gelden een aantal verschillen tussen de politierechter en de Meervoudige Strafkamer. De politierechter zal bijvoorbeeld direct uitspraak doen na behandeling van de zaak. De politierechter kan een straf opleggen van ten hoogste één jaar gevangenisstraf. De politierechter kan geen TBS opleggen of u verplichten tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD).

Zowel bij de politierechter als de Meervoudig Strafkamer is het raadzaam om een advocaat in te schakelen om u bij te staan.

Nee, dit is in beginsel niet verplicht. U kunt uw advocaat machtigen om namens u naar de zitting te gaan. De advocaat is dan op grond van artikel 279 Sv bepaaldelijk gevolmachtigd om namens u het woord ter verdediging te voeren. In sommige gevallen is het echter beter als u wel naar de zitting gaat, omdat dit zou kunnen helpen bij de (hoogte) van de straf. Het kan ook zijn dat u door de rechter verplicht wordt om naar te zitting te gaan. Bespreek daarom altijd van tevoren met uw strafrechtadvocaat om het verstandig is om naar de zitting toe te gaan.

Wanneer u niet aanwezig kunt zijn op een strafzitting, maar daar wel graag bij wil zijn, kunt u uitstel van de zitting aanvragen. De juridische term hiervoor is 'aanhouding van de zitting'. Er kunnen een aantal redenen zijn waarom u uitstel aanvraagt, maar dit dient u goed te onderbouwen. De rechter zal een verzoek tot uitstel veelal toetsen aan het landelijk aanhoudingsprotocol. Dit is het protocol dat rechtbanken en gerechtshoven hanteren bij de beoordeling van verzoeken tot uitstel van de zitting.

Het landelijk aanhoudingsprotocol kunt u hier raadplegen.

Binnen het strafrecht kunnen een breed scala aan straffen en maatregelen opgelegd worden. De meeste vindt u hieronder:

Schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel
Als de rechter tot een bewezenverklaring komt is hij niet verplicht om een straf of maatregel op te leggen aan een verdachte. Hij kan de verdachte ook schuldig verklaren zonder oplegging van een straf of maatregel. De rechter geeft dan toepassing aan artikel 9a Sr.

Voorwaardelijke straf
Het kan ook zo zijn dat de rechter een straf oplegt maar nog niet ten uitvoer legt, zolang de verdachte zich gedurende een bepaalde proeftijd aan voorwaarden houdt en/of geen nieuwe strafbare feiten pleegt. Aan de voorwaardelijke straf kunnen dus ook bijzondere voorwaarden worden verbonden om te zorgen dat een verdachte niet nogmaals nieuwe strafbare feiten pleegt.

Geldboete
De rechter kan ook een geldboete aan een verdachte opleggen. Via het CJIB (Centraal Justitieel Incasso Bureau) wordt de betaling van deze boete geïnd. Aan de rechter kan worden gevraagd om de geldboete in termijnen te betalen. Het minimale bedrag hiervoor is 50 euro per maand.

Werkstraf
De rechter kan ook een werkstraf opleggen, wat inhoudt dat de verdachte een aantal uren onbetaalde arbeid moet verrichten. De maximale duur van de werkstraf bedraagt 240 uren.

Gevangenisstraf
Indien een gevangenisstraf wordt opgelegd betreft het een tijdelijke of levenslange gevangenisstraf. De tijdelijke gevangenisstraffen variëren van minimaal 1 dag tot maximaal 30 jaar. Een levenslange gevangenisstraf is in Nederland in beginsel ook echt levenslang. Sinds kort komen levenslanggestraften echter ook na 25 jaar in aanmerking voor een herbeoordeling. Dit gebeurt door het Adviescollege voor Levenslanggestraften en zij bekijken hoe de levenslanggestrafte zich heeft ontwikkeld en of hij in aanmerking komt voor terugkeer in de maatschappij.

TBS
TBS staat voor terbeschikkingstelling. TBS is een maatregel die door de rechter kan worden opgelegd aan een verdachte. Het gaat hierbij dan veelal om verdachten die een ernstig feit hebben gepleegd en lijden aan een psychiatrische stoornis. De wet kent twee vormen van TBS:

TBS met dwangverpleging
Bij TBS met dwangverpleging gaat het om een daadwerkelijke opname in een van de TBS-klinieken. TBS met dwangverpleging is geregeld in artikel 37b Sr.

TBS met voorwaarden
Een TBS met voorwaarden is aan de orde als het recidivegevaar naar verwachting afdoende afgewend kan worden door het stellen van voorwaarden die zien op het gedrag van de ter beschikking gestelde.

ISD
ISD staat voor Maatregel Inrichting Stelselmatige Daders. De maatregel ISD is een maatregel die wordt gebruikt voor (meerderjarige) stelselmatige daders. Dit zijn verdachten die (zeer) veel in aanmerking komen met politie en justitie. Het gaat om een maatregel voor de duur van twee jaren. Zij worden gedurende die tijd geplaatst in een daartoe aangewezen inrichting.

Gedragsaanwijzing
Een maatregel die steeds vaker wordt opgelegd is de gedragsaanwijzing. Deze wordt echter niet door de rechter opgelegd, maar door de officier van justitie. Deze gedragsaanwijzing betekent dat de verdachte iets wel of niet mag voor een periode van maximaal die maanden. De verdachte kan hiertegen in beroep bij de rechtbank. Bij een gegrondverklaring zal de gedragsaanwijzing komen te vervallen.

Ontzegging van de rijbevoegdheid
In verkeerszaken kan de rechter kiezen voor ontzegging van de rijbevoegdheid. Dit houdt in dat de verdachte voor een bepaalde periode geen motorrijtuigen mag besturen.

Straffen voor minderjarigen:

Halt-afdoening
De Halt-straf is een “straf” die alleen geldt voor minderjarige verdachten. Met de Halt-afdoening wordt verdere strafvervolging voorkomen. De verdachte moet hier wel mee instemmen en een beperkt aantal uren werken. Daartegenover staat dat er geen aantekening van wordt gemaakt op het strafblad.

Jeugddetentie
Jeugddetentie is een gevangenisstraf voor minderjarigen die een misdrijf hebben gepleegd. Aan minderjarigen onder de 12 jaar kan geen gevangenisstraf worden opgelegd. Voor minderjarigen in de leeftijd van 12-15 jaar bedraagt de maximumstraf 12 maanden. Voor minderjarigen van 16 en 17 jaar geldt een maximum van 24 maanden. Net als voor meerderjarigen is de minimum gevangenisstraf één dag. Voor minderjarigen is er een aparte justitiële jeugdinrichting.

PIJ-maatregel
De kinderrechter kan naast (of in plaats van) jeugddetentie ook een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ-maatregel) opleggen aan minderjarigen die een ernstig misdrijf hebben gepleegd. De PIJ-maatregel is de zwaarste strafrechtelijke maatregel voor jeugdigen. De PIJ-maatregel is vergelijkbaar met de TBS-maatregel voor volwassenen en wordt daarom ook wel “jeugd-TBS” genoemd. De voornaamste doelen van de PIJ-maatregel zijn behandeling en (her)opvoeding van de minderjarige.

In iedere zaak zijn er andere feiten en omstandigheden aan de orde. Ook heeft iedere verdachte andere persoonlijke omstandigheden. De advocaat en de officier van justitie kijken vaak anders naar een zaak. Dit maakt dat er nooit garanties kunnen worden gegeven over de hoogte van de straf. Na bespreking van uw zaak kan uw advocaat dit meestal wel enigszins inschatten.

Voor standaardzaken hebben rechters oriëntatiepunten gemaakt over de hoogte van een straf in een specifiek geval. Deze kunt u hier raadplegen.

Iedere verdachte heeft recht op onpartijdige rechtspraak. Als een verdachte of zijn advocaat tijdens de zitting de indruk krijgt dat de rechters vooringenomen zijn, kan hij of zijn advocaat het verzoek doen om de rechters te laten vervangen door andere rechters. Dit heet wraking.

Wraking in de wet
In artikel 512 Sv is de mogelijkheid geregeld om de rechter(s) in het strafrecht te wraken:

"Op verzoek van de verdachte of op het Openbaar Ministerie kan elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden."

Onpartijdige en onafhankelijke rechter
Ook in de Europese wetgeving is het belang van een onpartijdige rechter onderkend. In artikel 6 lid 1 EVRM staat dat steeds uit moet worden gegaan van berechting door een onpartijdige en onafhankelijke rechter. Rechterlijke onpartijdigheid is dus een noodzakelijk voor de legitimiteit van het rechterlijk optreden. Indien deze ontbreekt naar het oordeel van de verdachte of zijn advocaat kan hiertegen middels wraking actief worden optreden.

Het voorarrest is de periode die een verdachte in detentie op het politiebureau en/of in een huis van bewaring doorbrengt tot er een onherroepelijke uitspraak is van een rechterlijke instantie. In het overzicht hieronder treft u de verschillende fases aan van het voorarrest.

Een verdachte mag bij iedere fase alleen vast blijven zitten indien:
• Er nog steeds voldoende verdenking (ernstige bezwaren) bestaat tegen de verdachte;
• Er nog steeds gronden aanwezig zijn voor de voortduring van de voorlopige hechtenis;
• Er geen redenen bestaan om de voorlopige hechtenis te schorsen.

Het rijbewijs kan bij de onderstaande gevallen worden ingevorderd:

1. Na rijden onder invloed van alcohol
2. Na rijden onder invloed van drugs
3. Na te hard rijden

Rijbewijs ingevorderd – rijden onder invloed van alcohol
Bij rijden onder invloed van alcohol kan het rijbewijs worden ingevorderd vanaf een ademalcoholgehalte van 570 µg/l oftewel een bloedalcoholgehalte van 1,3%. Bij beginnend bestuurders wordt het rijbewijs al ingevorderd vanaf een ademalcoholgehalte 350 µg/l oftewel een bloedalcoholgehalte van 0,8%.

Rijbewijs ingevorderd – te hard rijden / snelheid
Ook bij te hard rijden kan het rijbewijs door de politie worden ingevorderd. Dit kan wanneer er meer dan 50 km/u te hard is gereden.

Rijbewijs ingevorderd – rijden onder invloed van drugs
Bij rijden onder invloed van drugs kan het rijbewijs worden ingevorderd. Slechts een vermoeden is al voldoende om een onderzoek naar de rijgeschiktheid op te leggen. Verder mag uw rijbewijs ook worden ingevorderd wanneer u een (gebruikers)hoeveelheid drugs bij u hebt en vast komt te staan dat dit voor eigen gebruik is. Is uw rijbewijs ingevorderd wegens drugs, dan doet het CBR vaak een onderzoek naar uw rijgeschiktheid.

Hoe krijg ik mijn ingevorderde rijbewijs weer terug?
Als uw rijbewijs door de politie is ingevorderd is het belangrijk om zo snel actie (te laten) ondernemen. U hoeft dus niet eerst 10 dagen te wachten op bericht van de officier van justitie van het CVOM (zoals wel vaak wordt gezegd). De officier van justitie moet weliswaar binnen 10 dagen beslissen of u uw rijbewijs terugkrijgt of dat deze ingehouden blijft, maar u kunt proberen om deze beslissing te beïnvloeden door een brief te sturen naar de officier van justitie. Het is daarom verstandig om direct al actie te ondernemen zodat u het ingevorderde rijbewijs zo snel mogelijk weer in uw bezit heeft. Met onze gespecialiseerde advocaten kunt u uw rijbewijs mogelijk weer snel terugkrijgen. Hiertoe zijn er kortweg twee mogelijkheden:

1. Contact (via brief/e-mail) met de Officier van Justitie
2. Het indienen van een klaagschrift bij de rechtbank

De rechter zal in het laatste geval beslissen of uw rijbewijs, in afwachting van de strafzaak, terugkrijgt. Onze advocaten kunnen een klaagschrift voor u opstellen en indienen. Bij de behandeling van het klaagschrift zal de advocaat ook namens u het woordvoeren en de rechter proberen te overtuigen dat het rijbewijs moet worden teruggegeven.

In het strafrecht kunt u schadevergoeding vorderen wanneer de strafzaak is geëindigd zonder dat u bent schuldig verklaard of zonder dat aan u een straf of maatregel is opgelegd. Grofweg gaat het om de volgende 6 gevallen:

1. Schadevergoeding na vrijspraak
2. Schadevergoeding na sepot
3. Schadevergoeding na ontslag van rechtsvervolging
4. Schadevergoeding na niet-ontvankelijkheid OM
5. Schadevergoeding na gegrond verklaard beklag bij inbeslagname goederen
6. Schadevergoeding na onterechte inhouding rijbewijs

Schadevergoeding in de wet
Volgens de wet komen de volgende kosten in aanmerking voor schadevergoeding:

1. Artikel 533 Sv: schadevergoeding wegens onterechte detentie
2. Artikel 530 Sv: schadevergoeding voor gemaakte kosten voor uw advocaat.

Onze advocaten kunnen voor u een verzoek tot schadevergoeding indien u daarvoor in aanmerking komt.

Als uw voorwerpen in beslag worden genomen door de politie of de FIOD is dat erg vervelend. Onze advocaten kunnen u helpen om uw voorwerpen terug te krijgen. De politie of de FIOD mag immers niet zomaar uw spullen in beslag nemen en moet daar een geldige reden voor hebben. Als deze reden ontbreekt, dan moeten uw spullen direct terug! In de wet zijn er in beginsel maar twee grondslagen om uw spullen in beslag te nemen:

Klassiek beslag (art. 94 Sv.)
Dit beslag is meestal met het doel van de waarheidsvinding (zie ook HR 11 maart 2008, LJN BC6224). Het beslag wordt onderzocht om te achterhalen wat er precies gebeurd is. Hieronder valt ook het achterhalen wat het wederrechtelijk verkregen voordeel is geweest.

Daarnaast kan het klassieke beslag ook dienen om bepaalde voorwerpen uit het maatschappelijk verkeer te krijgen via verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer. Denk bijvoorbeeld aan een verboden wapen.

Conservatoir beslag (art. 94a Sv.)
Dit beslag dient om na de zitting verhaal te kunnen halen voor geldvorderingen zoals geldboetes, schadevergoeding en ontnemingsmaatregelen.

Terugkrijgen van uw beslag?
Als de politie of de FIOD uw spullen in beslag heeft genomen en hiervoor onvoldoende reden is, dan dient het beslag te worden opgeheven. Hiervoor dient contact te worden opgenomen met de officier van justitie. Wil deze ook niet meewerken, dan kan er een klaagschrift worden ingediend bij de rechtbank. De rechtbank kan dan de beslissing nemen om uw spullen terug te geven.

Iedere verdachte heeft recht op kennisneming van de processtukken, zoals bijvoorbeeld de aangifte of getuigenverklaringen. Het recht op kennisneming van de processtukken ontstaat vanaf het eerste verhoor na aanhouding (art. 30 lid 1 Sv). Het dossier kunt u via uw advocaat opvragen. Een verzoek tot kennisneming van de processtukken zal in beginsel altijd via het Openbaar Ministerie verlopen. De advocaat dient een verzoek tot het inzien van de processtukken in te dienen bij het Openbaar Ministerie.

U komt in aanmerking voor gefinancierde rechtsbijstand indien u in detentie zit. U hoeft dan ook geen eigen bijdrage te betalen. Sinds kort is het echter wel mogelijk dat u de door uw advocaat ontvangen subsidie terug moet betalen als u onherroepelijke wordt veroordeeld. Hierbij wordt gekeken naar uw financiële situatie. Het is daarom verstandig om dit vanaf het begin te bespreken met uw advocaat.

U kunt ook in aanmerking komen voor gefinancierde rechtsbijstand indien u een laag inkomen heeft. De grenzen zijn in de tabel hieronder aangegeven. Er wordt altijd gekeken naar uw inkomen van twee jaar geleden. Indien u in de afgelopen twee jaar minder bent gaan verdienen is het verstandig om een peiljaarverlegging aan te vragen. Dit houdt in dat uw inkomen wordt aangepast naar de huidige hoogte.

Klik op deze link om te bekijken of u in aanmerking komt voor gefinancierde rechtsbijstand. In de tabel op de website kunt u zien hoeveel de eigen bijdrage is, hetgeen afhankelijk is van hoeveel u verdiend. Bij strafrechtszaken krijgt u echter altijd € 54,- korting. Deze wordt dus in mindering gebracht op de eigen bijdragen zoals weergeven in de tabel.

Wil u weten of u gesignaleerd staat? Onze advocaten kunnen bij de politie opvragen of u in Nederland of internationaal gesignaleerd staat (of de politie naar u op zoek is). Neem hiervoor contact met ons op via het contactformulier. Wij hebben hiervoor een machtiging nodig en een kopie van uw identiteitsbewijs.

U heeft altijd het recht zelf te beslissen wie u als advocaat wil. Dat betekent dus dat u kunt overstappen als u niet tevreden bent over uw advocaat. Ook als deze is toegewezen door de staat (piketadvocaat). Als u wil overstappen of een second opinion wenst kunt u vrijblijvend contact opnemen via ons contactformulier.